Sept. 2010
De Helling
|
Lessen in directe democratie
Door Andreas Gross,
Politicoloog, lid van het Zwitserse parlement voor de sociaaldemocraten en fractievoorzitter van de sociaaldemocraten in de Europaraad.
Wie het gedachtegoed van de directe democratie aan rechts overlaat, laat de vrijheid verkommeren tot een privilege van een kleine bevoorrechte groep en laat de meerderheid van de burgers rechts liggen. Bouwstenen voor een theorie van de directe democratie.
Alle Europese democratieën bevinden zich op dit moment in een diepe crisis. Ze moeten dringend worden gerestaureerd, gerenoveerd en gerevitaliseerd. Paradoxaal genoeg vergemakkelijkt de crisis niet bepaald de discussie over de oorzaken en remedies. Gelukkig zijn er nauwelijks politici die de crisis met ondemocratische middelen willen overwinnen; de meeste proberen terecht de democratie te democratiseren, zodat ze effectiever en geloofwaardiger wordt en haar vleugels met meer macht kan uitslaan.
Het is niet eenvoudig antwoord te geven op vraag wat ‘democratisering van de democratie’ precies inhoudt. Te lang hebben we nagelaten het debat te voeren over de betekenis van de grondbegrippen van democratie, terwijl die toch voor ons allemaal van wezenlijk belang zijn. We zijn er aan gewend alleen nationale debatten te voeren en nemen al te vaak genoegen met beperkte en grotendeels nietszeggende informatie over elkaar. Vooral de kleine en Midden-Europese landen weten veel te weinig van elkaar en datgene wat ze weten is meestal niet veel meer dan wat holle frasen, voornamelijk afkomstig van de grotere landen. De substantie en de centrale inhoud van de oude begrippen democratie, soevereiniteit, vrijheid en gerechtigheid zijn alom te lang verwaarloosd.
Catalaans voetbal
Populistische partijen als die van Geert Wilders beroepen zich op directe democratie en verpesten daarmee dit gedachtegoed. Wilders beweert wel dat hij namens het volk spreekt, maar omdat er in Nederland nauwelijks referenda worden gehouden, is dit nergens op gebaseerd.
De enige verklaring die ik althans kan bedenken voor het feit dat Nederlandse linkse en groene partijen zich afkeren van de ideeën en concepten van directe democratie, is dat Geert Wilders ze instrumentaliserts en misbruikt. Maar ook Wilders houdt waarschijnlijk van Nederlands voetbal en dat is desondanks geen reden voor linkse en groene Nederlanders om nooit meer naar voetbal te kijken. Integendeel. Alle Europeanen waarderen het door Johan Cruijff opnieuw uitgevonden en in de praktijk gebrachte voetbal zelfs en misschien wel juist dan, wanneer het door Catalaanse Spanjaarden beter wordt beheerst dan door de huidige spelers van Oranje. Met andere woorden: het geknoei met directe democratie door Geert Wilders is geen reden om ertegen te zijn. Als Wilders directe democratie inzet voor nationalistische doeleinden en net doet alsof hij persoonlijk de alleenheerschappij heeft over de betekenis van directe democratie, dan betekent dat nog niet dat wij de directe democratie ter discussie moeten stellen of zelfs moeten afwijzen. We moeten ons integendeel de vraag stellen wat directe democratie in werkelijkheid inhoudt. Dan zou namelijk duidelijk worden dat we de reductie en misbruik van directe democratie door Wilders moeten afwijzen en niet de directe democratie op zich.
Een bezinning op de filosofie van de directe democratie is hard nodig. Op grond van de onzalige ervaringen die Nederland met het vermeende referendum over de vermeende Europese grondwet heeft opgedaan, heb ik de indruk dat Wilders op dit moment niet de enige is in Nederland die verschillende zaken met betrekking tot directe democratie niet goed begrijpt. Vermeend, omdat het referendum veelmeer een plebisciet was, dat wil zeggen een door regering en parlement uitgeschreven volksraadpleging en omdat het zogenaamde Europese grondwet in feite een verdrag was, dat alleen vanwege het betere imago van het woord het niet verdiende etiket grondwet kreeg opgeplakt.
Hiermee hielp men zowel de directe democratie als het project van een echte Europese grondwet van de wal in de sloot. Eigenlijk zou je Wilders bijna dankbaar moeten zijn dat hij ons ertoe aanzet na te denken over de vraag wat directe democratie nu precies is. Hopelijk kunnen we dit binnenkort ook doen wat betreft de Europese grondwet. Want de democratie zal alleen dan de huidige crisis kunnen overwinnen, wanneer ze transnationaal wordt. Dat wil zeggen wanneer ze op zijn minst in een echte Europese grondwet verankerd wordt. Met andere woorden: de huidige crisis van alle nationale, Europese democratieën is tweeledig: enerzijds zijn de bestaande democratieën te indirect, want ze beperken zich te veel uitsluitend tot verkiezingen en anderzijds zijn ze te nationaal en daardoor niet in staat om de allang transnationaal optredende economische en financiële machten in toom te houden. Daarom moeten ze worden uitgebreid met direct-democratische elementen én transnationaal worden, in de eerste plaats Europees.
Ik beperk me hier nu verder tot de directe democratie en doe dat in de vorm van dertien stellingen. Wie ze te theoretisch vindt, herinner ik aan het inzicht van Immanuel Kant dat er niets praktischer is dan een goede theorie. Die helpt ons namelijk de werkelijkheid beter te begrijpen en vooral in te zien hoe we die werkelijkheid kunnen verbeteren. Of anders gezegd: wie denkt dat hij de directe democratie moet afwijzen vanwege Geert Wilders, die laat alleen maar zien hoe weinig hij van het wezen van directe democratie begrijpt.
Dertien bouwstenen
1. In een directe democratie wordt politieke macht beter en op een verfijndere manier verdeeld. Er berust meer macht bij de burgers, die niet alleen invloed hebben wanneer ze hun stem uitbrengen. Ook tussen verkiezingen heeft een kleine minderheid (bijvoorbeeld twee procent van alle kiesgerechtigden) het recht en de mogelijkheid om de delegatie van politieke machte aan vertegenwoordigers op te zeggen en op een concreet besluit van het parlement een referendum te eisen. In een directe democratie hebben kleine groepen burgers bovendien het recht om op elk moment concrete wets- en grondwetswijzigingen voor te stellen (volksinitiatieven) waarover eveneens per referendum wordt besloten.
2. Op grond van dit principe worden al meteen enkele misvattingen van Geert Wilders zichtbaar: de directe democratie vergroot niet de macht van de enkeling en het is niet de bedoeling dat degene die de macht hebben zich met behulp van suggestieve vragen de legitimering weten te verschaffen die hen niet toekomt. Hier ligt precies het verschil tussen een directe democratie die de democratie democratiseert en een autoritair opgelegde en in feite ondemocratische volksraadpleging, waarmee dictators, van Napoleon tot Hitler en Pinochet, altijd al graag flirtten.
3. In een directe democratie is de parlementaire democratie een onmisbaar instituut en geen tegenstander. Eén van de kwaliteitskenmerken van een goed ontworpen directe democratie is precies de vraag hoe de indirecte en de directe democratie op elkaar inspelen. In een goed functionerende directe democratie kan het parlement op elk volksinitiatief met een tegenvoorstel reageren, net als burgers door middel van een constructief referendum een alternatief kunnen aandragen voor een bepaald door het parlement besloten wetsartikel. Het gaat bij een referendum dan niet enkel en alleen om ja of nee, maar er zijn varianten die een genuanceerde discussie over een bepaald onderwerp mogelijk maken.
4. In een directe democratie maakt een groep burgers voorstellen voor wets- en grondwetswijzigingen voor alle burgers. Daarover wordt in een geheime stemming besloten. Het gaat dus niet om plebiscieten – volksraadplegingen- noch om personen. Stemmingen over zaken hebben een volstrekt andere logica dan die over personen. Evenmin om basisdemocratie of vergaderings-democratie, want daar zijn de mogelijkheid tot manipulatie veel te groot.
5. Een referendum in een directe democratie is geen ‘bevraging’ van het volk, geen instantbeslissing en evenmin een opiniepeiling. Aan een referendum gaat een lang, veelsoortig, reflectief en communicatief proces van meningsvorming vooraf. Tempo en duur zijn secondair, de kwaliteit van de communicatie en van het proces van meningsvorming staat voorop.
6. De ziel van de directe democratie is communicatie. Steeds weer debatteert de samenleving over open en controverse vragen en vormt zich daarover een mening. De mensen worden niet slechts bevraagd, ze vinden ook gehoor, precies datgene wat de meeste vandaag in de democratie missen.
7. De kwaliteit van de directe democratie hangt af van de manier waarop ze wordt vorm gegeven, de manier waarop ze wordt begrepen en ingebed in haar omgeving en de manier waarop ze zich verhoudt tot het parlement en de grond- en mensenrechten. De tirannie van de meerderheid wordt alleen verhinderd door middel van respect voor de grond- en mensenrechten.
8. In een referendum beslist de meerderheid; geen stem telt zwaarder dan een andere, zoals het geval zou zijn wanneer er een bepaalde opkomst is vereist om het referendum geldig te maken. Hoe vernietigend dat laatste werkt kunnen we uit Italië leren, waar Berlusconi dankzij dit soort opkomstdrempels de directe democratie kan beheersen en manipuleren. Zijn optreden kan echter evenmin als argument tegen de invoering van directe democratie worden gebruikt, maar is juist een reden om deze zo in te richten dat ze niet door autoritaire politici kan worden misbruikt die het niet te doen is om het vergroten van de vrijheid voor allen, maar alleen van hun eigen macht.
9. Een directe democratie maakt het mogelijk bij iedereen de interesse te wekken die noodzakelijk is voor verandering en verhindert dat marktbelangen en andere machtsaspiraties de agenda en discussies in het publieke domein bepalen.
10. De macht die burgers in een directe democratie verwerven is de mogelijkheid om publieke ruimte te creëren, ook dan en daar, wanneer en waar de mensen die het heft in handen hebben in een land dat niet willen.
11. Financiële bronnen moeten inzichtelijk gemaakt worden en in evenwicht gebracht kunnen worden.
12. Een fijn vertakte directe democratie draagt bij aan die kwaliteiten die een moderne samenleving het dringends nodig heeft: collectieve leerprocessen, maatschappelijke integratie van pluraliteit zonder dwang, identificatiemogelijkheden en het verwerven van identiteit.
13. Bovenal zorgt een directe democratie voor meer vrijheid in de oorspronkelijke republikeinse zin: ieder die een bepaald besluit aangaat, is ook bij het besluitvormingsproces betrokken. Iedereen heeft de mogelijkheid om met anderen de levensomstandigheden vorm te geven die allen aangaan. De meeste mensen zijn daartoe vandaag de dag beter in staat dan tweehonderd jaar geleden, toen deze eisen aan de democratie werden geformuleerd. Dat veel mensen tegenwoordig hun politieke vaardigheden niet kunnen inbrengen is één van de redenen waarom zovelen gefrustreerd zijn over de huidige democratie. Het zou een enorm verlies aan maatschappelijke energie en maatschappelijke betrokkenheid betekenen wanneer deze klachten niet serieus worden genomen. De democratisering van de democratische instituties maakt het de samenleving mogelijk deze energie en betrokkenheid ook daadwerkelijk te gebruiken.
-----------
Andi Gross is graag bereid zijn stellingen in Nederland te komen toelichten en eventueel verdedigen. Wilt u hem uitnodigen, neem dan contact op met de Helling.
Uit het Duits vertaald door Erica Meijers.
Zie voor de oorspronkelijke tekst www.dehelling.net
Kontakt mit
Andreas Gross
Nach oben
|